vrijdag 4 juli 2008

hugo

als een stormram ik jullie huizen in
vraag ik jullie te verhuizen
of toch tenminste
af en toe

nederig ben ik allerminst
bescheiden nog veel minder
of toch misschien
heel af en toe want

er rust een reus op mijn schouders
een konijn met zilvergrijze vacht
geëtst gegroefd en getekend
door de winden van de tijd is hij

die zichzelf steeds terugkeren zag
in de gruwelijke oase van zijn ziel
een wereld, een gemeente
een overgrote eeuw op zich

of gewoon, een Reus

maar dan wel één die dicht



© 7

28/3/7 21.33

FLAMENCO - EEN VIERLUIK

C/ Levíes, SEVILLA, 3/6/7

1.
geritsel, getreuzel en rode wijn zijn mijn deel
onrustig en ongeduldig wacht ik op de woorden
die misschien nooit komen gaan

kwetter lekker verder
o lieve kleine vogeltjes
maar als straks de klaagzang weerklinken zal
zwijg dan stil

als straks de passie openbreken zal
zwijg dan stil


2.
eindelijk, o eindelijk
weerklonk je gisteren dan toch
jij puzzel met je kleine stukjes
eindelijk vond ik je rokken
onder je lokken
die zwaaiden en die smachten
nimmer lachten om de tragedie
van o zo vele nachten

dus stamp maar en sla maar

het zalven doe ik zelf wel



3.

bailaora

aarzel aarzel
stamp en zoek
stamp en sla
en stamp en zoek
draai en zweef
en stamp en zoek
blijf aarzelen
blijf zoeken
naar je voeten
blijf ze volgen
en blijf zoeken
als vlinders
de vingers van je handen

strek die rug!
en buig dat hoofd!
en wees fier!
en wees boos!
en voel de spanning!
en voel de gratie!
voel de passie en voel de drang!
en leef!

leef!

Leef!

o gij verborgen natie


4.
Cantaor

O Zanger
zingt toch gauw uw droevig lied
vult uw longen met mijn ziel
laat stromen al uw tranen
ik vang ze op en meng ze
vermeng ze
en denk terug
aan de dagen
dat zij U zonder tranen liet

O Cantaor
pronto cante su triste canto
colme sus pulmones de mi alma
deje soltar su llanto
lo recogo yo y
lo mezclo yo y
recuerdo y
me acuerdo
de los días
que ella sin llanto le dejó